Hosting en distributie
Om te streamen heeft u een eigen streaming server of een account op een streaming server van
een provider nodig. De kosten van streaming software loopt flink uiteen. Sommige software is
gratis en open source, maar hebben een enorme leercurve, andere software (RealServer, Flash
Media Server) kan gestapeld oplopen tot wel 400.000 euro. Om teleurstellingen te voorkomen, en
te voorkomen dat u veel geld, manuren en tijd verliest, is het aan te raden een specialist in te
huren voor het adviseren en inrichten van een streaming servers. De specialist kan u ook
adviseren om hosting en distributie van uw streams uit te besteden.
Streaming providers bieden shared accounts (abonnement) en dedicated servers (huur). Laat u
hier ook bij uw keuze begeleiden, want er zijn nogal wat valkuilen. Sommige hosting bedrijven
beweren dat hun servers kunnen streamen, maar bij navraag blijkt dat het reguliere www servers
zijn waarvan de kijker de content moet downloaden. Zoek bij voorkeur een streaming provider of
een server oplossing die meerdere formaten ondersteunt, laat u niet nu al tot een techniek-keuze
verleiden. Aanbieders prijzen bijvoorbeeld Windows Media 9 ondersteuning aan maar gebruiken
hiervoor servers die dit formaat niet officieel ondersteunen, Helix of NetApp servers bijvoorbeeld,
waardoor uw kijkers langere buffertijden hebben en moderne features zoals advertentie injectie en
meerdere audiosporen (bitrates) niet mogelijk zijn.
Sommige aanbieders lijken spotgoedkoop maar rekenen achteraf forse bedragen voor
gegenereerd dataverkeer. De markttarieven per 2006 zijn 3 tot 5 euro (NL peering verkeer) en 5
tot 10 euro (INT) per Mbps of 0,15 - 0,25 per GB, afhankelijk van het volume dat u inkoopt. (Bron:
StreamZilla). Het komt voor dat aanbieders 15 tot 40 euro per Mbps voor NL verkeer vragen of
0,50 tot 6 euro per GB. Vraag ook naar de werkelijk beschikbare bandbreedte. Shared servers
dienen een eigen 100Mbps link naar het Internet te hebben. Dedicated servers 100Mbps of zelfs 1
of meerdere gigabit verbindingen. Vraag met name naar de SLA (Service Level Agreement). Dit is
een garantie voor de beschikbaarheid van de server(s), of deze actief gemonitord worden en de
snelheid waarmee een defect of crash wordt hersteld.
Zijn de servers dubbel uitgevoerd? Hoe zit het met backups? Let ook op de rapportage. U wilt
uiteraard goede inzicht krijgen in het gebruiksgedrag van uw streams. Vraag bij producten van
RealNetworks en Macromedia naar de licentiebeperkingen. Ondanks dat een server een 100Mbps
connectie kan hebben kan de software (of de hosting provider) uw gelijktijdige aantal kijkers
limiteren. Het risico bij limiteren is dat u uw kijkers 'nee' moet verkopen, of anders tegen forse
opwaarderingtarieven extra capaciteit moet inkopen.
De Flash Media Server kost circa 4500 dollar per 150 connecties. Als u een dergelijke server
ongelimiteerd aan een gigabit verbinding (1000 gelijktijdige kijkers op 1Mbps) wilt aanbieden, kost
u dit tonnen aan software licenties. Daarom bieden sommige hosting providers FLV hosting als
progressive download aan. Het nadeel van deze methode is dat er geen random toegang tot
fragmenten mogelijk is, geen goede metingen kunnen worden verricht. Inmiddels starten
innovatieve media hosting bedrijven met streaming alternatieven voor FLV bestanden die wel
random access en snelle bursting bieden, bijvoorbeeld met de StroboScope server.
Nieuw is streaming distributie via Peer2Peer. Elke stream-kijker wordt hierdoor ook een zender.
P2P is ideaal voor non-realtime distributie: de bestanden worden door iedereen geherdistribueerd,
waardoor met weinig moeite en lage kosten distributie op grote schaal mogelijk is. Streaming is
echter een real-time toepassing, wat zeer hoge eisen stelt aan de beschikbaarheid en kwaliteit van
alle verbindingen tussen de bron en de kijker. P2P netwerken zijn volledig afhankelijk van de (vaak
beperkte, onbetrouwbare en overboekte) verbindingen van de gebruikers. Bij P2P distributie is het
vaker regel dan uitzondering dat een stream via tientallen kijkers wordt geherdistribueerd. Als 1
van de vele tussenliggende verbindingen eventjes hapert, dan hapert de hele keten, met als gevolg
dat streams bij alle kijkers gaan hakkelen en vrijwel onvolgbaar worden. Pro- glasvezel lobbyisten
wijzen op de grotere upstream capaciteit van glas, echter zien de lage QoS en minimale controle
over consumenten upstreams in het algemeen over het hoofd. Bovendien is P2P verkeer
omstreden in verband met grove inbreuk op uitzendrechten. Daarnaast zijn netwerk providers niet
gelukkig met P2P verkeer: de overhead is vele malen groter dan bij streams, waardoor de
distributiekosten van P2P technologie uiteindelijk hoger uitvallen dan bij streaming unicasting of
multicasting. P2P streaming TV levert in de praktijk dus een zeer slechte gebruikerservaring op en
is nadelig voor alle partijen in de keten: van muzikant, producent, adverteerder tot omroep en
netwerk eigenaar.
In 2005 is het volume verkeer over de AMS-IX verdubbeld. De grootste groeier was streaming
verkeer (met 80%). Aangenomen wordt dat van de 100Gbps dataverkeer, circa 10Gbps al streams
is. Streaming verkeer groeide sneller dan Peer2Peer, downloads, usenet, mail en surfen bij elkaar.
In 2006 wordt een nog snellere groei verwacht. Om die reden wordt steeds vaker decentraal
gedistribueerd. Traditioneel worden servers centraal geplaatst achter een backbone. Dit gebeurt
vooral in Amsterdam, Hilversum of Groningen. Echter, door de servers decentraal (netwerk-
topologisch) bij Internet Providers te plaatsen worden de backbones ontlast en zijn er nauwelijks
kosten meer voor dataverkeer. Bovendien kan er beter worden geschaald, en kan een
kwaliteitsgarantie worden afgegeven.
Om decentrale servers goed te kunnen beheren, content-beheer eenvoudig te houden, gebruikers
te kunnen verdelen over de vele servers en centraal de logbestanden te kunnen verwerken is een
zogeheten 'CDN' management server nodig. De meeste exploitanten van een CDN ontwikkelen en
exploiteren deze technologie exclusief voor zichzelf, Akamai en Vitalstream zijn hier voorbeelden
van. Inmiddels is door het Nederlandse Jet Stream ook een commercieel CDN management
product gelanceerd, waarmee elke provider of omroep tegen lage kosten en een korte 'time to
market' z'n eigen CDN kan uitrollen.